Onze relatie met ons lichaam, daar gaat het allemaal om. Er gaan tegenwoordig meer termen voor die relatie rond dan smoothie-recepten op Insta. Body positivity en body neutrality zijn er bijvoorbeeld maar een paar, maar ze moeten wel besproken worden. Wat betekent het écht en wat zijn de verschillen?
Lees ook: De opkomst van ‘Conscious Living’ en zo doe jij mee
Je lichaam is perfect: je maat, je littekens, je vorm, je huidskleur en alle opmerkelijke eigenschappen die je lichaam heeft. Het gaat dan niet per se over het ophemelen van jezelf, maar om jezelf af te vragen waar alle schoonheidsidealen vandaan komen en of ze wel echt zo gezond zijn. Dit is al sinds de jaren 60 een ding, sinds de fat acceptance movement. Hierbij verzette men zich actief tegen de discriminatie van mensen met een grotere maat. Er is dus niet één lichaamstype dat ‘mooi’ is. Alleen zit er helaas ook een keerzijde aan: body positivity kan snel oppervlakkig overkomen en zelfs overgaan in toxic positivity. Het is niet per se goed om ongezonde gewoontes te promoten.
De nuchtere neef van body positivity is body neutrality. Je lichaam is een onderdeel van wie je bent, niet je definitie. Je benen brengen je naar de koelkast en je armen tillen je furbabies op. Je hoeft dus niet van je hele lichaam te houden en je waarde wordt er ook niet aan gekoppeld. Je respecteert je lichaam en wat het voor je doet, en je accepteert hoe je bent als je een gezond leven leidt.Ook zit hier een keerzijde aan: zo worden gewichtsproblemen en discriminatie niet altijd goed belicht.
Op sociale media zoals TikTok en Insta bestaat body positivity helaas vooral uit perfect belichte en bewerkte foto’s van mensen die al de meeste schoonheidsnormen kunnen afvinken. Dat leidt tot een gefilterde inclusiviteit: ja, imperfecties worden getoond, maar vaak op lichamen die al acceptabel zijn.Bij body neutrality draait het niet per se om hoe je eruitziet, maar die filosofie levert niet zoveel likes op. Gelukkig hoef je niet te kiezen tussen het een en het ander. Soms is het beter body positivity te omarmen, omdat je het die dag bijvoorbeeld nodig hebt. En soms kun je er maar beter iets nuchterder over nadenken: “Ik hoef geen schoonheidscompetitie te winnen, als ik maar gezond ben.” Zie het als een gereedschapskist: soms heb je een hamer nodig (positivity), soms een waterpas (neutrality). En soms… gewoon een glas wijn.